Regelmatig krijgen wij de vraag of de transitievergoeding betaald moet worden bij beëindiging van het contract met wederzijds goedvinden. En of de werkgever de plicht heeft de werknemer te informeren over een eventuele vergoeding. Nee, luidt in beide gevallen het antwoord. Hieronder leggen we het uit.
Het wettelijk systeem
Op grond van de wet heeft een werknemer recht op de transitievergoeding indien zijn arbeidsovereenkomst minstens twee jaar heeft geduurd en dat deze op initiatief van de werkgever wordt beëindigd. Ook maakt de werknemer aanspraak op de vergoeding indien zijn tijdelijk contract, dat tenminste twee jaar heeft geduurd, niet wordt verlengd.
Bij een beëindiging met wederzijds goedvinden is de werkgever de transitievergoeding dus niet verschuldigd. Er geldt in dat geval contractsvrijheid; partijen kunnen zelf bepalen onder welke voorwaarden het dienstverband wordt beëindigd, met of zonder vergoeding evenals de hoogte hiervan. De afspraken worden vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (ook wel ‘beëindigingsovereenkomst’ genoemd).
Let wel, nadat de werknemer de vaststellingsovereenkomst heeft ondertekend, heeft hij twee weken de tijd om, zonder opgave van redenen, op zijn ontslag terug te komen. Onze ervaring leert echter dat daar vrijwel geen gebruik van wordt gemaakt.
Mededelingsplicht over transitievergoeding?
Recent stapte een werknemer naar de kantonrechter, omdat hij meende dat zijn werkgever hem bij het aanbieden van de vaststellingsovereenkomst erop had moeten wijzen dat hij mogelijk recht had op de transitievergoeding. Doordat de werkgever dit niet had gedaan, wist de werknemer niet dat hij tijdens de onderhandeling de toekenning van de transitievergoeding als voorwaarde had kunnen stellen.
Uitspraak
De rechter ging hier niet in mee en stelde vast dat de werkgever bij het sluiten van een vaststellingsovereenkomst de werknemer niet hoeft te informeren over zijn recht om over een eventuele vergoeding te onderhandelen. Daarbij overwoog de rechter dat de werknemer na het tekenen van de vaststellingsovereenkomst twee weken de tijd had om op zijn ontslag terug te komen. Deze tijd was en is voldoende om zich te laten voorlichten over de financiële consequenties.
Bron: Kantonrechter Utrecht, 11 december 2015, ECLI:NL:RBMNE:2015:8803
Meer weten? Advies nodig? Neem contact op!
Dit was slechts een deel van wat wij u kunnen vertellen. Meer weten?
Wij antwoorden graag, neem vrijblijvend contact op!
Blog reactie
"*" geeft vereiste velden aan