Afscheid nemen van een werknemer
Stel u wil afscheid nemen van een werknemer die voor bepaalde tijd in dienst is. Dan is de eerste vraag die wij stellen of er in de arbeidsovereenkomst een tussentijds opzegbeding staat. Eens in de zoveel tijd komen we een arbeidsovereenkomst tegen die dit niet bevat. Dan wordt het erg lastig om toch afscheid te nemen van de betreffende medewerker. Hoewel afscheid nemen altijd kan, ontvangt de werknemer dan geen WW-uitkering waardoor de kans op medewerking van de werknemer klein is. Recent heeft de Rechtbank geoordeeld dat er een creatieve oplossing mogelijk is.
Een tussentijds opzegbeding in de beëindigingsovereenkomst
Een tussentijds opzegbeding mag ook in de vaststellingsovereenkomst overeengekomen worden, oordeelde de Rechtbank Amsterdam onlangs in een kwestie tussen de werknemer en het UWV. Rechtbank Amsterdam heeft geoordeeld dat in zo’n geval de werknemer zonder een tussentijds opzegbeding in het contract wel degelijk in aanmerking kan komen voor een WW uitkering, als dat beding maar op de een of andere manier is schriftelijk vastgelegd, bijvoorbeeld in een vaststellingsovereenkomst.
Wel of niet in de arbeidsovereenkomst opnemen?
Het UWV stelde zich op het standpunt dat eerst het arbeidscontract dat geen tussentijds opzegbeding bevatte, volledig moest zijn uitgediend voordat een werknemer recht op WW krijgt.
De werknemer voerde eerst bij het UWV en later bij de rechtbank aan, dat voor het recht op een WW uitkering niet alleen moet worden gekeken naar de arbeidsovereenkomst zoals partijen die ooit hebben gesloten, maar naar de overeenkomst zoals die ten tijde van de WW aanvraag is. Een arbeidsovereenkomst kan immers om allerlei redenen in de loop der tijd tussentijds worden aangepast. Om die reden mag ook een tussentijds opzegbeding in een vaststellingsovereenkomst komen te staan.
Vereiste van schriftelijkheid
De rechtbank oordeelde dat de enige eis die aan een tussentijds opzegbeding wordt gesteld, het vereiste van schriftelijkheid is. Door dit tussentijds opzegbeding alsnog op te nemen in een vaststellingsovereenkomst, is aan dat schriftelijkheidsvereiste voldaan. De werknemer heeft met zo’n tussentijds opzegbeding in een vaststellingsovereenkomst dan recht op WW. De wet bepaalt niet wanneer het tussentijds opzegbeding moet zijn overeengekomen. Nu er tussen partijen in de beëindigingsovereenkomst alsnog een tussentijds opzegbeding was overeengekomen, heeft de werknemer recht op WW op basis van de vaststellingsovereenkomst, aldus rechtbank Amsterdam.
Deze uitspraak betekent dat partijen bij het aangaan van een vaststellingsovereenkomst bij een contract voor bepaalde tijd, meer ruimte hebben om met wederzijds goedvinden uit elkaar te gaan. Het is mogelijk met wederzijds goedvinden uit elkaar te gaan, zolang het tussentijds opzegbeding maar schriftelijk vastligt. Dat kan dus ook op een later moment in de VSO worden opgenomen waardoor de werknemer recht op WW krijgt. Het neemt niet weg dat wij adviseren om dit in de meeste gevallen gelijk bij aanvang van het dienstverband goed te regelen.
Meer advies nodig over arbeidsovereenkomsten, een tussentijds opzegbeding of andere juridische onderwerpen? Neem vrijblijvend contact op via het onderstaande contactformulier!
Meer weten? Advies nodig? Neem contact op!
Dit was slechts een deel van wat wij u kunnen vertellen. Meer weten?
Wij antwoorden graag, neem vrijblijvend contact op!
Blog reactie
"*" geeft vereiste velden aan