De status van de zzp’er is al geruime tijd onderwerp van discussie. Recentelijk hebben zich belangrijke ontwikkelingen voorgedaan met betrekking tot de vraag of bepaalde zzp’ers als werknemers moeten worden aangemerkt. Zoals bijvoorbeeld de Deliveroo-uitspraak. In de bouwsector komt het vaak voor dat een zzp’er eigenlijk als onderaannemer fungeert, hoewel de focus meestal ligt op de risico’s die gepaard gaan met zzp’ers die feitelijk als werknemers moeten worden beschouwd.
Onderscheid tussen zzp’er en onderaannemer
De rol van een zzp’er is eenmaal niet duidelijk vastgelegd in de wet. Hierdoor kan schijnzelfstandigheid ontstaan en kunnen de rechten van zzp’ers niet altijd worden gewaarborgd. De vraagstelling veroorzaakt een logisch gevolg van onduidelijkheid: of een individu die ingehuurd wordt voor een bouwproject als zzp’er of als onderaannemer aangemerkt dient te worden.
De zzp’er en de onderaannemer zijn beide zelfstandige professionals en gaan als opdrachtnemer te werk. Toch zijn er belangrijke juridische verschillen tussen zzp’ers en onderaannemers. De juridische regimes staan onder de bijzondere overeenkomsten in het Burgerlijk Wetboek. Namelijk ‘overeenkomst van opdracht’ voor de zzp’er en ‘aanneming van werk’ voor de (onder)aannemer.
Het soort werk dat wordt uitgevoerd en de opdracht vormen het belangrijkste onderscheid tussen een zzp’er en een onderaannemer.
Aanneming van werk
Voor de kwalificatie van aanneming van werk dient het te gaan om de totstandbrenging en oplevering van werk van stoffelijke aard. In het geval daar sprake van is, is er geen sprake meer van een zzp’er maar van een (onder)aannemer. Dit komt doordat in dat geval aanneming van werk van toepassing is in plaats van een overeenkomst van opdracht. Indien een contract gericht is op de totstandbrenging en oplevering van een werk van stoffelijke aard, en het contract derhalve gekwalificeerd wordt als aanneming van werk, wordt een overeenkomst van opdracht uitgesloten. De overeenkomst van opdracht kan dus als een restcategorie worden beschouwd. In bouwprojecten gaat het doorgaans om werk van stoffelijke aard. Dat betekent dat een zzp’er in de bouw van kleur kan verschieten.
Een aanwijzing om te beoordelen welke van de twee regimes van toepassing is, is het type opdracht die de opdrachtgever aan de zzp’er of onderaannemer verstrekt. Indien de opdracht ziet op het creëren van ‘extra handen’ gedurende een aantal dagen op de bouw, zal dit in de regel andere implicaties hebben dan indien de opdracht ziet op het bewerkstelligen van een werk van stoffelijk aard. Bijvoorbeeld een opdracht tot het plaatsen van een badkamer.
Conclusie
De verschillende kwalificaties hebben gevolgen voor welke wettelijke bepalingen van toepassing zijn. Deze wettelijke bepalingen hebben invloed op de verplichtingen, verantwoordelijkheden en risico’s van de zzp’er dan wel de onderaannemer. Dat gaat bijvoorbeeld over aansprakelijkheid, meerwerk en de oplevering. Het is dus van belang om de inhoud van een contract af te laten hangen van de kwalificatie van de overeenkomst.
Blijven er na het lezen van deze blog nog vragen hangen? Neem dan zeker contact met ons op. Onze specialisten helpen u graag verder.
Meer weten? Advies nodig? Neem contact op!
Dit was slechts een deel van wat wij u kunnen vertellen. Meer weten?
Wij antwoorden graag, neem vrijblijvend contact op!
Blog reactie
"*" geeft vereiste velden aan