Een werkgever heeft de plicht om te zorgen voor een veilige werkomgeving. Daarvoor moeten zij maatregelen kunnen treffen. Daarom zou het in sommige situaties gerechtvaardigd zijn om een vaccinatie- of testbewijs te eisen. Tegelijkertijd kan dit het privacyrecht van de werknemer raken. Dit hangt daarom wel af van de vraag hoe groot het gevaar is en dus om wat voor werkzaamheden het gaat en onder welke omstandigheden het gaat. Als het bewijs dus noodzakelijk is, mag de werkgever een vaccinatie- of testbewijs eisen.
De Hoge Raad heeft zich eerder gebogen over het belang van de werkgever om dergelijke testen te eisen. De Hoge Raad vindt het niet onbegrijpelijk dat in sommige gevallen doelstellingen zwaarder wegen dan het bezwaar van de werknemers tegen testen. In dit geval is de doelstelling dus de veiligheid van de werknemers waarborgen door van niet-gevaccineerden te eisen zich te laten testen/vaccineren. Bij de beoordeling of de werkgever een test mag eisen, worden de volgende vragen beantwoord:
- Wordt met de test een legitiem doel nagestreefd?
- Is dit middel passend/noodzakelijk?
- Is het middel proportioneel?
- Is er niet een minder ingrijpend middel voorhanden?
Bij de beoordeling van de laatste twee vragen zou het eisen van een negatieve test aanvaardbaarder zijn in plaats van het eisen van een vaccinatiebewijs. Hierdoor zou de maatregel, negatieve test, vergroot kunnen worden. In het geval dat de werkgever kan aantonen dat het overdragen van corona reëel is, lijkt de negatieve test dan vaccinatiebewijs juridisch toegestaan.